Ook beantwoorden we in deze nieuwsbrief veel gestelde vragen over de NOW-regeling. Staat uw vraag er niet tussen? Neemt u dan contact met ons op door een e-mail te sturen met uw vraag naar arbeidsrecht@lxa.nl. Wilt u van gedachten wisselen over een bepaald onderdeel van de NOW regeling, neem dan telefonisch contact op met een van onze teamleden. Wij denken graag met u mee.
Op grond van de nieuwe Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW) kunnen werkgevers die te maken hebben met ten minste 20% verwacht omzetverlies voor een periode van drie maanden een tegemoetkoming in de loonkosten krijgen van maximaal 90% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies.
De NOW-regeling heeft als doel om het - in tijden van acute en zware terugval in de omzet - werkgevers mogelijk te maken om hun werknemers zoveel mogelijk in dienst te houden voor de uren die zij werkten voordat sprake was van die zware terugval. De tegemoetkoming in de loonkosten wordt verstrekt in de vorm van een subsidie.
Deze regeling geldt voor bedrijven van alle omvang. Er moet wel sprake zijn van een omzetdaling van ten minste 20% gedurende een periode van drie maanden.
Van werkgevers wordt daarnaast verwacht dat zij 100% van het loon doorbetalen. Zij moeten zich inspannen om het loon nu zoveel mogelijk gelijk te houden ten opzichte van januari 2020. Het doel is werkgelegenheid behouden. Wanneer een werkgever dienstverbanden niet voortzet of de lonen niet volledig doorbetaalt, heeft dit gevolgen voor de hoogte van de uiteindelijke subsidie waar de werkgever aanspraak op kan maken.
Werkgevers mogen daarnaast gedurende de periode waarover subsidie wordt verleend geen ontslagaanvraag indienen bij UWV vanwege bedrijfseconomische omstandigheden. Ook moet de werkgever de OR of Personeelsvertegenwoordiging informeren over de subsidieverlening en zijn werkgevers verplicht de komende vijf jaar mee te werken aan administratieve controle.
Deze noodmaatregel geldt nu voor drie maanden. Voor 1 juni 2020 zal worden besloten of een verlenging (van nogmaals drie maanden) mogelijk is en onder welke voorwaarden die verlenging dan plaatsvindt.
De NOW-regeling voorziet in een subsidie voor de loonkosten van alle werknemers die in dienst zijn bij een werkgever. Dat zijn werknemers met een contract voor onbepaalde tijd en werknemers met een flexibel contract voor zover zij in dienst blijven en loon ontvangen. Ook uitzendbureaus kunnen een aanvraag indienen voor zover zij hun uitzendkrachten in dienst houden.
De subsidie voor de loonkosten bedraagt per maand maximaal 90% van de loonsom. Zie voor uitwerking van het begrip loonsom vraag hieronder. Deze subsidie is een tegemoetkoming in de loonkosten van de periode maart tot en met mei 2020. Dit geldt voor alle aanvragen, dus ook voor de aanvragen die hun omzetdaling berekenen over een andere driemaandsperiode (bijvoorbeeld drie maanden omzetdaling vanaf 1 april of 1 mei 2020). De maanden maart tot en met mei zijn volgens de wetgever namelijk de maanden waarvoor nu geldt dat sprake is van een acute en niet-voorzienbare noodsituatie. De subsidie wordt gerelateerd aan het percentage van de omzetdaling. Het percentage van 90% van de totale loonsom is een maximumpercentage dat zal worden uitbetaald bij een omzetdaling van 100%. Andere voorbeelden:
Dit alles vertaalt zich in de volgende formule: A (verwachte omzetdaling) x B (de loonsom) x 3 x 1,3 x 0,9 = de subsidie.
Het omzetverlies (van minimaal 20%) dient zich voor te doen in een periode van drie opvolgende maanden met als startdatum 1 maart 2020 (de periode loopt dan tot 1 juni 2020), 1 april 2020 (de periode loopt dan tot 1 juli 2020) of 1 mei 2020 (de periode loopt dan tot 1 augustus 2020). Deze periode van drie maanden wordt de ‘meetperiode’ genoemd.
Voor de berekening van het omzetverlies dient de omzet in de meetperiode te worden vergeleken met de omzet van januari tot en met december 2019, gedeeld door vier (dit betreft dus 25% van de jaaromzet). Het eventuele verschil tussen de twee getallen wordt in procenten uitgedrukt. Een voorbeeld ter illustratie.
|
|
€ 125.000,- |
|
|
€ 250.000,- |
|
|
50% (€ 125.000 * 100% / € 250.000,-) |
Als een werkgever op 1 januari 2019 nog niet bestond, dient de omzet te worden berekend naar rato van de maanden vanaf het moment dat de bedrijfsuitoefening van de werkgever is aangevangen in 2019 tot en met februari 2020, omgerekend naar drie maanden.
De subsidie bedraagt maximaal 90% van de loonsom over de periode maart 2020 tot en met mei 2020. Voor de loonsom wordt van het sociale verzekerings-loon uit tegenwoordige dienstbetrekkingen uitgegaan.
De loonsom wordt als volgt gedefinieerd: “het loon van alle werknemers, behorende tot een loonheffingennummer”. Wat betekent dit concreet?
De aanvraagperiode loopt vanaf (verwacht) 6 april tot en met 31 mei 2020. Aanvragen kunnen worden ingediend via het digitale formulier dat via de website van UWV beschikbaar wordt gesteld.
De werkgever moet daarbij de volgende informatie aanleveren:
Wanneer sprake is van een concern of wanneer de werkgever meerdere loonheffingennummers heeft, dan wordt hetzelfde percentage omzetdaling en dezelfde drie maanden gehanteerd voor alle rechtspersonen en vennootschappen binnen het concern resp. de loonheffingennummers.
Wanneer al een WTV-aanvraag is ingediend en gekregen geldt dat volgens de oude regeling wordt afgehandeld. Verlenging van deze WTV-vergunning is echter niet meer mogelijk. Er kan dan wel een nieuwe aanvraag worden ingediend op basis van de NOW-regeling. In geval van samenloop tussen de NOW-subsidie en de betaling van WW-gelden in het kader van de WTV-regeling wordt deze laatste betaling voor de vaststelling van de subsidie in mindering gebracht op de loonsom over maart tot en met mei. Zo wordt dubbele financiering voorkomen.
Wanneer een WTV-aanvraag is ingediend en die nog niet is afgehandeld, dan zal de aanvraag worden beschouwd als een aanvraag op basis van de nieuwe NOW-regeling en ook volgens de NOW-regeling worden berekend. U bent dan wel verplicht de WTV-aanvraag aan te vullen met de nog ontbrekende gegevens (zie ook vraag over aanleveren stukken NOW-aanvraag).
Als UWV de aanvraag positief beoordeelt, wordt een voorschot van 80% van de subsidie uitgekeerd. Dit gebeurt in drie termijnen. UWV heeft als voornemen om de betaling van de eerste termijn uiterlijk twee tot vier weken na indiening van de aanvraag te doen, waarbij UWV tegelijkertijd de verwachting uitspreekt dat zij de meeste bedrijven sneller een voorschot zal uitbetalen.
Achteraf wordt vastgesteld wat het daadwerkelijke omzetverlies precies is geweest én worden eventuele correcties op de loonsom verwerkt. Hiertoe dient de werkgever binnen 24 weken na afloop van de periode waarover de subsidie is toegekend een vaststelling van deze subsidie aan te vragen. Voor grote aanvragen is hierbij een accountantsverklaring vereist. Binnen 4 weken na vandaag (31 maart 2020) zal duidelijkheid worden gegeven over onder welke grens een accountantsverklaring niet is vereist.
De eventuele correcties van de loonsom zien op het volgende:
Als bij de definitieve vaststelling blijkt dat het omzetverlies uiteindelijk lager is uitgevallen, zal (een deel van) het voorschot moeten worden terugbetaald. In de omgekeerde situatie, dus als het omzetverlies hoger is uitgevallen, zal een nabetaling plaatsvinden.
Voor werkgevers die bestaan uit één rechtspersoon (of natuurlijk persoon) wordt het omzetverlies bepaald op het niveau van de rechtspersoon (of natuurlijk persoon) zelf.
Als sprake is van een groep van rechtspersonen (of natuurlijke personen), oftewel een concern, dan vormt het omzetverlies van het gehele concern de basis van de subsidie. Voor concerns met Nederlandse en buitenlandse dochters geldt dat zij alleen de omzetdaling van buitenlandse dochters meetellen indien zij een Nederlands SV-loon hebben.
Het voorgaande betekent dus ook dat het zo zou kunnen zijn dat een filiaal of groepsonderneming met een fors omzetverlies niet in aanmerking komt voor een subsidie, omdat dit omzetverlies wordt gecompenseerd door de rest van de onderneming dan wel de overige ondernemingen binnen het concern.
In alle gevallen, dus ook in geval van een concern, dienen de individuele werkgevers de subsidie aan te vragen. Het is dus niet mogelijk om als moedermaatschappij een collectieve aanvraag namens al haar dochtermaatschappijen te laten doen. De aan te leveren informatie is dan wel hetzelfde (zie vraag over aan te leveren stukken NOW-aanvraag).
Nee. De tegemoetkoming betreft een subsidie voor de loonkosten van de werknemers die in dienst zijn bij een werkgever en die verplicht verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen. Werkenden met een zogenoemde fictieve dienstbetrekking vallen daarmee wel onder de reikwijdte van de regeling, niet-verzekerde DGA’s en vrijwillig verzekerde DGA’s niet.
Voorwaarde om voor de tegemoetkoming in aanmerking te komen is dat een werkgever gedurende de periode waarover de subsidie wordt ontvangen géén ontslag op grond van bedrijfseconomische redenen mag aanvragen.
Hoewel in de tekst van de regeling wordt gesproken over een verbod om ontslag aan te vragen na 18 maart 2020, staat in de toelichting dat concreet van de werkgever wordt verwacht dat hij in de periode van 18 maart tot en met 31 mei 2020 bij UWV geen verzoek doet om toestemming te verkrijgen voor opzegging van een arbeidsovereenkomst (hierna genoemd: ‘ontslagaanvraag’) wegens bedrijfseconomische redenen (de zogenoemde a-grond uit artikel 7:669, derde lid, BW).
De voorwaarde geldt niet voor ontslagaanvragen die bij het UWV zijn ingediend in de periode van 1 maart tot en met 17 maart. Hoewel de subsidie ook ziet op deze periode, was het voor werkgevers nog niet kenbaar dat deze voorwaarde verbonden zou worden aan de NOW.
Als de ontslagaanvraag is gedaan op of na 18 maart geldt dat de werkgever de gelegenheid krijgt om deze ontslagaanvraag binnen vijf werkdagen na inwerkingtreding van deze regeling in te trekken.
De regeling bevat alleen een ontslagverbod voor de subsidieperiode. Dat impliceert dat het na afloop van de subsidieperiode (van 3 of 6 maanden) wel weer mogelijk is te reorganiseren.
Als een werkgever het ontslagverbod schendt, zal de subsidie gecorrigeerd worden met de loonsom van de werknemer plus een verhoging van 50% (boete). Deze correctie wordt toegepast bij alle ontslagaanvragen die in de periode van 18 maart tot en met 31 mei 2020 zijn ingediend en die niet binnen de daarvoor gestelde termijn van 5 dagen zijn ingetrokken. Het is niet relevant of de ‘verboden’ ontslagaanvraag is toe- of afgewezen. De korting vindt in beide gevallen plaats.
Het hiervoor beschreven verbod om ontslag aan te vragen geldt voor de rechtspersoon/vennootschap die de subsidieaanvraag doet. Het is niet mogelijk om bijv. voor de ene vestiging/locatie van een BV wel ontslag aan te vragen, en voor een andere vestiging van de BV een beroep te doen op de NOW-regeling.
Ja er is een uitzondering. Ontslagaanvragen die vóór 18 maart zijn ingediend bij UWV blijven buiten beschouwing en kunnen dus nog door UWV worden behandeld. Als ontslagtoestemming wordt verkregen en werkgever het dienstverband opzegt, neemt wel de loonsom af, waardoor de subsidie kan afnemen.
De regeling geeft geen expliciet antwoord op de vraag of nog wel vaststellingsovereenkomsten kunnen worden gesloten. Er staat wel een inspanningsverplichting in voor werkgevers om de loonsom zoveel mogelijk gelijk te houden, maar het ontslagverbod ziet enkel op het aanvragen van ontslag wegens bedrijfseconomische redenen. Dat wil zeggen dat ontslagaanvragen die gebaseerd zijn op andere grondslagen (bijv. verschil van inzicht, verstoorde arbeidsrelatie etc.) wel door kunnen gaan. Ook het sluiten van vaststellingsovereenkomsten blijft ons inziens mogelijk, omdat het geen ontslagaanvraag betreft, maar een ontslag met wederzijds goedvinden. Ook hier geldt echter weer dat door het vertrek van werknemers via een vaststellingsovereenkomst de loonsom daalt en dat dus gevolgen heeft voor de uiteindelijke te ontvangen subsidie.
Er is geen verplichting om tijdelijke contracten voort te zetten. Ook niet als de reden voor de voortzetting gelegen is in de omzetdaling van de onderneming. Door het niet verlengen van een tijdelijk contract dalen wel de loonkosten. Een daling van de loonkosten in de periode maart t/m mei heeft gevolgen voor de hoogte van de uiteindelijke subsidie die op grond van de NOW-regeling wordt toekend.
Het opzeggen van een arbeidsovereenkomst in de proeftijd en zelfs voordat de proeftijd is ingegaan blijft mogelijk ook als gebruik wordt gemaakt van de NOW-regeling en ook als de reden voor de gebruikmaking van de proeftijd gelegen is in de economische situatie door het corona-virus.
Ja, de werkgever is verplicht de ondernemingsraad, de personeelsvertegenwoordiging of bij ontbreken daarvan de werknemers te informeren over de subsidieverlening. Hiermee maakt de werkgever duidelijk hoe hij zich inspant om doorbetaling van de lonen te realiseren en werkgelegenheid te behouden.
Indien u te maken heeft met tijdelijke werkvermindering, dan heeft u uitsluitend de mogelijkheid voor compensatie van uw loonkosten via de NOW-regeling (waarbij als voorwaarde geldt dat geen personeel wordt ontslagen wegens bedrijfseconomische redenen in de periode waarover subsidie wordt verleend).
Daarnaast zijn er andere maatregelen mogelijk. U kunt bijvoorbeeld uw werknemers vragen om ATV, TVT of Compensatie-uren op te nemen of schuiven met reeds vastgestelde collectieve vakantiedagen. In overleg en met instemming van werknemers kunnen hierover afspraken worden gemaakt.
Dat geldt ook voor het opnemen van reguliere vakantiedagen of andere tijdelijke oplossingen. Zo zijn er in de vorige crisis bedrijven geweest die met hun werknemers specifieke afspraken hebben gemaakt over tijdelijke urenvermindering en/of andere arbeidsvoorwaarden zoals bijv. bonus en salaris. Wij benadrukken dat het uitgangspunt hierbij is dat deze maatregelen slechts in overleg én met instemming van werknemers kunnen worden uitgevoerd. Zie ook onze nieuwsbrief van 25 maart jl. waarin veel gestelde vragen over dit onderwerp zijn beantwoord.
Indien u voorziet dat structurele werkvermindering ontstaat (d.w.z. langer dan 26 weken) of sprake is van een dusdanig slechte financiële situatie dat u zich genoodzaakt ziet structureel te besparen op loonkosten, dan is het alternatief dat u wegens bedrijfseconomische redenen ontslag aanvraagt bij het UWV voor een of meerdere werknemers. Indien u voornemens bent tot ontslag van meer dan 20 werknemers dan is sprake van een collectief ontslag en gelden aanvullende regels.
Let wel, een werkgever kan niet ‘zomaar’ een werknemer ontslaan wegens bedrijfseconomische redenen. Hiervoor gelden strikte regels en procedures, bijv. rondom medezeggenschap, de ontslagvolgorde en benodigde onderbouwing.
Wenst u hierover meer informatie te lezen wijzen wij u graag op de Handleiding UWV en het artikel ‘Nieuwe spelregels UWV bij reorganisatie’. Desgewenst kunt u uiteraard ook contact opnemen met het team Arbeidsrecht voor meer informatie of vragen.
Naast de NOW-regeling, heeft het kabinet de volgende maatregelen aangekondigd:
De 30%-regel premiedifferentiatie geldt (tijdelijk) niet in bepaalde sectoren
De afgelopen jaar ingevoerde premiedifferentiatieregeling houdt in dat een werkgever achteraf alsnog hoge WW-premie voor de werknemer verschuldigd is, als er binnen een kalenderjaar meer dan 30% uren verloond worden (ten opzichte van de overeengekomen contractduren), tenzij een arbeidsovereenkomst is aangegaan voor 35 uur per week of meer. Omdat deze maatregel negatieve effecten heeft in bepaalde sectoren waar door het coronavirus veel wordt overgewerkt (bijv. de zorg), werkt het kabinet nu een regeling uit waarin deze sectoren worden uitgezonderd. Voor welke sectoren deze uitzondering precies gaat gelden is nog niet bekend. Zodra hierover meer bekend wordt zullen wij u via onze nieuws updates informeren.
Uitstel tot 1 juli administratie ‘schriftelijke arbeidsovereenkomst’ premiedifferentiatie
Eind vorig jaar heeft de minister alle werkgevers tot 1 april 2020 de tijd gegeven om aan de verplichting te voldoen om een schriftelijke arbeidsovereenkomst (met daarin de contracturen) in hun administratie op te nemen. Omdat het de komende weken voor veel werkgevers praktisch ondoenlijk zal zijn om aan die schriftelijkheidsvoorwaarde te voldoen, wordt deze periode verlengd tot 1 juli a.s.
Neem contact met ons op: arbeidsrecht@lxa.nl