Met de recente uitspraak lijkt het erop dat SZW de namen van saneringsbedrijven die asbestovertredingen hebben begaan mag publiceren op het internet. De advocaten van LXA The Law Firm hebben hun bezwaren tegen het huidige openbaarmakingsbeleid echter nog niet aan de Raad van State mogen voorleggen. Als de Raad van State ook in die procedures haar oordeel handhaaft, dan staat de rechtmatigheid van het openbaarmakingsbeleid van SZW definitief vast. Betekent dit dan dat een saneerder niets meer kan doen om een negatieve publicatie te voorkomen? Het antwoord luidt gelukkig: ‘nee’. Er zijn verschillende manieren om een negatieve publicatie te voorkomen en/of de nadelige gevolgen van een publicatie te beperken.
Voordat SZW definitief een boete oplegt en inspectiegegevens openbaar maakt, ontvangt een saneerder eerst een boetekennisgeving. Tegen de boetekennisgeving kan binnen twee weken een zienswijze worden ingediend. Toont de saneerder aan dat toch geen sprake is van een overtreding, of dat de overtreding haar niet kan worden verweten, dan wordt geen boete opgelegd. Dit leidt tevens ertoe dat de naam van het bedrijf niet wordt gepubliceerd.
Daarnaast kan een saneerder bij de publicatie een schriftelijke reactie plaatsen van maximaal honderd woorden. De saneerder kan hierin zijn eigen visie geven op de door SZW opgelegde boete. Over de inhoud daarvan dient goed te worden nagedacht om te voorkomen dat deze niet of niet geheel wordt gepubliceerd, dan wel ongewenste andere (juridische) gevolgen heeft.
De zienswijzeprocedure is dus een belangrijk moment voor de saneerder om een publicatie van zijn naam te voorkomen en/of de negatieve gevolgen te beperken.
Besluit SZW toch tot openbaarmaking, dan kan het saneringsbedrijf een spoedprocedure starten bij de rechtbank. De rechtbank kan SZW dan tijdelijk verbieden de naam van het bedrijf op het internet te verspreiden. Hierdoor wordt het bedrijf de mogelijkheid geboden om eerst in bezwaar of beroep aan te tonen dat het onschuldig is en dat hem geen verwijt kan worden gemaakt.
De publicatie van asbestovertredingen kan grote nadelige gevolgen hebben voor het imago van het bedrijf. Als het bedrijf in een juridische procedure de boete met succes aanvecht, dan is zijn naam ten onrechte zwart gemaakt op het internet. De (imago)schade die het bedrijf hierdoor lijdt, kan vervolgens worden verhaald op SZW. Ook kan worden gevraagd om een rectificatie, waarin SZW alsnog erkent dat het bedrijf heeft gewerkt volgens de regels en dus ten onrechte is gepubliceerd op het internet.
Er zijn nog genoeg mogelijkheden om een negatieve publicatie te voorkomen of de gevolgen te beperken. Neem bij ontvangst van een boeterapport dan ook contact op met een juridisch specialist. Die kan een inschatting maken van de kansen om een boete aan te vechten en een negatieve publicatie te voorkomen of de gevolgen daarvan te beperken.
Mijn uitgebreide bespreking van de uitspraak van de Raad van State verschijnt in de oktober-editie van Asbestmagazine.