Shutterstock 2600283949

Geen normschending asbestinventariseerder bij gebruik monsters andere asbestinventariseerder

22 april 2025

Is sprake van een dergelijke normschending indien een asbestinventariseerder zich in haar asbestinventarisatierapport baseert op monsters en bijbehorende resultaten van een andere asbestinventariseerder? Het antwoord hierop is ‘nee’, zoals blijkt uit een recente uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland van 26 maart 2025.

Rechtbank Midden-Nederland 26 maart 2025

Feiten

Eisers bezitten een bedrijfspand, waar in januari 2016 een brand is uitgebroken.

Gedaagde, een asbestinventariseerder (hierna: de “Asbestinventariseerder”), heeft na de brand een asbestinventarisatie uitgevoerd op het dak van het buurpand van het bedrijfspand van eisers. Uit dit onderzoek is gebleken dat asbest aanwezig was op het dak van het buurpand. Als gevolg hiervan heeft de buurman van eisers zijn dak moeten laten saneren met de nodige kosten van dien.

De buurman van eisers heeft de kosten voor de uitvoering van deze sanering op eisers verhaald in een eerdere procedure. Dit omdat het asbest wat door de brand op het dak van de buurman terecht was gekomen, afkomstig was van het dak van het bedrijfspand van eisers.

Eisers proberen vervolgens op hun beurt deze kosten in onderhavige procedure te verhalen op de Asbestinventariseerder. Zij menen dat de Asbestinventariseerder in strijd met de wet- en regelgeving heeft gehandeld en daarmee onrechtmatig jegens hen heeft gehandeld.

Standpunten eisers en beoordeling rechtbank

Eisers stellen zich op het standpunt dat de asbestinventarisatie en het in dat kader opgemaakte asbestinventarisatierapport niet op juiste wijze – want in strijd met wet- en regelgeving - tot stand is gekomen. Deze normschending levert volgens de eisers een onrechtmatige daad op. Op grond daarvan is de Asbestinventariseerder volgens eisers dan ook gehouden om de al door hen aan de buurman betaalde kosten als schade aan hen te vergoeden.

Eisers verwijten de Asbestinventariseerder dat zij niet zelf monsters afkomstig van het terrein van het buurpand heeft laten analyseren in het laboratorium, maar in plaats daarvan de resultaten van een andere asbestinventariseerder heeft gebruikt in haar asbestinventarisatierapport.

Deze andere asbestinventariseerder was door de Gemeente ingeschakeld om een asbestinventarisatie uit te voeren op de openbare weg tussen het bedrijfspand van eisers en het buurpand.

Eisers stellen dat Asbestinventariseerder daardoor een norm heeft geschonden. Met een beroep op de artikelen 7.17.2.5 en 7.17.2.8 van het Certificatieschema stellen eisers dat de Asbestinventariseerder niet de resultaten van een andere asbestinventariseerder had mogen gebruiken voor haar eigen asbestinventarisatierapport.

De artikelen 7.17.2.5 en 7.17.2.8 bevatten de eisen waaraan een asbestinventarisatierapport moet voldoen. De rechtbank wijst erop dat in deze artikelen nergens staat dat een asbestinventariseerder de monsters zelf moet nemen of de monsters zelf naar een laboratorium moet brengen voor analyse. Ook bevatten voormelde artikelen geen verbod tot het gebruik van resultaten van een andere geaccrediteerde asbestinventariseerder.  

Ook uit een verklaring afkomstig van een andere asbestinventariseerder volgt geen andere conclusie dan dat Asbestinventariseerder niet verplicht was om zelf monsters te nemen en dat zij de monsters van de andere asbestinventariseerder mocht gebruiken in haar rapport.

De rechtbank hecht daarnaast waarde aan het feit dat eisers ook geen verklaringen van andere asbestinventariseerders in het geding hebben gebracht die hun standpunt onderstrepen. Ook hebben zij op geen enkele andere wijze (voldoende) onderbouwd dat de rapportage van de Asbestinventariseerder niet op de juiste wijze – lees: in strijd met de geldende wet- en regelgeving - tot stand zou zijn gekomen.

De rechtbank oordeelt dat het een en ander maakt dat van een normschending geen sprake is en de Asbestinventariseerder dus niet onrechtmatig  heeft gehandeld. De vorderingen van eisers worden dan ook afgewezen.

Conclusie

Welke lessen kunnen uit deze uitspraak worden getrokken? Allereerst wordt met deze uitspraak bevestigd dat het asbestinventariseerders vrijstaat om monsters genomen door andere asbestinventariseerders te gebruiken bij het opmaken van hun asbestinventarisatierapport.

Ook maakt deze uitspraak nog eens duidelijk dat indien een partij in een procedure meent dat sprake is van een normschending, de partij alsdan goed en duidelijk moet uitleggen wat die normschending dan exact inhoudt. En aanvullend, dient een partij met alle mogelijke middelen haar standpunt te onderbouwen. Achterover leunen is geen optie, wie stelt moet nog steeds bewijzen.

Wilt u meer informatie over dit onderwerp, wenst u advies in een lopende kwestie of wilt u bijgestaan worden in een procedure, neem dan vrijblijvend contact op met onze specialisten op het gebied van het asbestrecht: Inge Franken, Rianne van Pelt en Tim Segers.

Auteur:
Meer weten? Neem contact op met:

Heeft u een vraag?