Er worden wijzigingen aangekondigd op diverse onderdelen van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ). Het gaat onder andere om onderstaande wijzigingen:
Werkgevers moeten werknemers makkelijker kunnen ontslaan. Op dit moment geldt een systeem van afzonderlijke ontslaggronden die niet mogen worden gecombineerd. Dit leidt er in de praktijk toe dat veel ontbindingsverzoeken worden afgewezen. NB: de evaluatie na één jaar WWZ leerde dat maar liefst 84% van de verzoeken waar disfunctioneren als grond werd aangevoerd, werd afgewezen. Hoe wil het kabinet dit realiseren? De WWZ wordt aangepast en er wordt een cumulatiegrond geïntroduceerd. Deze maakt het mogelijk om meerdere gronden te combineren (bijv. verwijtbaar handelen gecombineerd met disfunctioneren en een verstoorde arbeidsrelatie). Met andere woorden: de ‘ontslagcocktail’ zoals we die van voor invoering van de WWZ kenden, komt terug op de menukaart.
Hier staat voor de werknemer tegenover dat de rechter een extra vergoeding kan toekennen van maximaal de helft van de transitievergoeding (bovenop de reguliere transitievergoeding!).
Er worden diverse maatregelen genomen om meer balans te krijgen in de transitievergoeding:
De inperking van de duur van de ketenregeling, als gevolg van de WWZ, van 36 maanden naar 24 maanden wordt weer teruggedraaid. Dat betekent dat werkgevers hun werknemers pas weer na 3 jaar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd hoeven aan te bieden. Of overgangsrecht wordt ingevoerd is nog niet bekend.
Daarnaast wordt de mogelijkheid verruimd om de tussenpoze van 6 maanden (waarna pas een nieuwe keten gaat lopen) te verkorten bij cao. Nu kan dat nog slechts bij seizoensarbeid. Deze optie wordt verruimd naar ander terugkerend tijdelijk werk. Dat betekent dat in die gevallen minder snel sprake is van opvolgend werkgeverschap.
Om het aanbieden van vaste contracten te stimuleren worden de mogelijkheden voor een lange proeftijd verruimd. Als een werkgever meteen een contract voor onbepaalde tijd aanbiedt, gaat een maximale proeftijd van vijf maanden gelden. Bij contracten langer dan twee jaar mag een proeftijd van drie maanden overeengekomen worden.
NB. Werkgevers juich niet te vroeg; veel cao’s zijn aangepast na invoering van de WWZ en bepalen bijvoorbeeld dat na 24 maanden een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd ontstaat. In het geval een minimum cao van toepassing is, prevaleren de afwijkingen in de cao die voor werknemers gunstiger zijn. Kortom: in dat geval geldt de bepaling uit de cao.
Payrolling als zodanig blijft mogelijk, evenals uitzendwerk en detachering. Payrolling wordt zo vormgegeven dat het slechts een instrument is voor het ‘ontzorgen’ van werkgevers. Het kabinet gaat komen met een wetsvoorstel waarin het soepeler arbeidsrechtelijk regime van de uitzendovereenkomst buiten toepassing wordt verklaard. Het kabinet wil payrolling fundamenteler bezien in het licht van het bij elkaar brengen van formeel en materieel werkgeverschap.
Het kabinet wil voorkomen dat bij nulurencontracten sprake is van permanente beschikbaarheid en ongewenste situaties waarbij nodeloze beschikbaarheid ten koste gaat van de mogelijkheden van werkenden. Men gaat vastleggen dat deze werknemers niet, of binnen een bepaalde termijn niet, gehouden zijn gehoor te geven aan een oproep, of dat bij afzegging recht op loon ontstaat.
Het kabinet neemt een aantal maatregelen om de verplichtingen bij loondoorbetaling te verlichten. Het gaat hierbij onder meer om:
Na alle kritiek op de Wet DBA is het geen verrassing: de regels voor zzp’ers gaan weer op de schop. Het kabinet kondigt aan dat de Wet DBA vervangen wordt. Bij de nieuwe wet worden onder andere onderstaande uitgangspunten betrokken:
Vaders krijgen nu nog twee dagen betaald vrij na de geboorte van hun kind, maar dat worden er vanaf 1 januari 2019 vijf. Per 1 juli 2020 komt er een speciaal aanvullend verlof voor partners bij. In het eerste half jaar na de geboorte van een kind kan de partner vijf weken verlof opnemen. In die periode krijgt hij een uitkering van 70 procent van zijn loon van het UVW (tot maximaal 70% van het maximum dagloon).
De conclusie na 2 jaar WWZ was, kort samengevat, vaste werknemers ontslaan is moeilijker, maar als het lukt wel goedkoper. Hier lijkt het kabinet met deze maatregelen van terug te komen.
De praktijk kan niet wachten tot een aantal maatregelen, zoals uitbreiding van de ketenregeling, invoering van de cumulatie ontslaggrond en het verkrijgen van zekerheid bij ‘DBA contracten’ (zzp’ers) wordt ingevoerd. Deze zijn in de arbeidsrechtpraktijk zeer welkom.
Alhoewel de hoofdlijnen bekend zijn, dienen veel details nog uitgewerkt te worden . Het blijft dus nog even afwachten. We houden u uiteraard op de hoogte.