Vakantie heeft een belangrijke ‘recuperatie’ ofwel herstel-functie. Ook als een werknemer niet op reis kan/gaat, is het belangrijk dat hij uit kan rusten en weer op krachten kan komen.
In de wet wordt onderscheid gemaakt tussen wettelijke vakantiedagen (bij een fulltime dienstverband minimaal 20 dagen per jaar) en zgn. bovenwettelijke vakantiedagen. Dat zijn de dagen die boven het wettelijk minimum uitstijgen en die vaak op grond van een bedrijfsregeling of cao worden toegekend.
Wettelijke vakantiedagen kennen sinds 2012 een korte vervaltermijn, namelijk 6 maanden na afloop van het jaar waarin ze zijn opgebouwd (art. 7:640a BW). Bovenwettelijke vakantiedagen verjaren vijf jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd (art. 7:642 BW).
Het is dus niet voldoende om alleen vooraf in de arbeidsovereenkomst of vakantieregeling te wijzen op de plicht om voor een bepaalde datum verlof op te nemen en de werknemer te wijzen de consequenties ervan (nl. verval).
De werkgever heeft een actieve zorg- en informatieplicht en moet er concreet en in alle transparantie voor zorgen dat werknemer daadwerkelijk de mogelijkheid heeft om zijn jaarlijkse vakantie op te nemen en de werknemer er zo nodig toe aan te zetten om dat ook echt te doen.
Er werd nog enige tijd gedacht dat deze rechtspraak enkel zag op de wettelijke vakantiedagen maar inmiddels heeft de Hoge Raad op 23 juni jl. (https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:HR:2023:955) deze leer ook bevestigd voor de langere verjaringstermijn bij vakantieverlof.
Als een werkgever onvoldoende kan aantonen dat hij zijn actieve zorg- en informatieplicht is nagekomen om de werknemer daadwerkelijk in staat te stellen met vakantieverlof te gaan, komt hem geen beroep toe op de verjaringstermijn van artikel 7:642 BW. Het feit dat de werknemer in kwestie advocaat was en wellicht beter op de hoogte van zijn rechten en plichten dan een niet-jurist mocht de werkgever niet baten. Die moest 186,5 vakantiedagen aan werknemer uitbetalen.
Gelet op de eis dat de werknemer tijdig moet worden geïnformeerd en een daadwerkelijke mogelijkheid moet krijgen om het verloftegoed op te nemen, kun je logischerwijs niet wachten tot een aantal weken voor de verval/verjaringsdatum, maar doe je er als werkgever goed aan om dat in ieder geval aan het begin van het kalenderjaar te doen.
Mocht u vragen hebben over dit onderwerp, neem dan gerust contact op met een van de leden van Team Arbeidsrecht. Wij helpen u graag.