De landelijke verenigingen VAAN (Vereniging Arbeidsrecht Advocaten Nederland) en VvA (Vereniging voor Arbeidsrecht) hebben in samenwerking met de Erasmus Universiteit Rotterdam en CentERdata (Universiteit van Tilburg) een grootscheeps evaluatieonderzoek WWZ uitgevoerd en de resultaten daarvan geanalyseerd. Er is een enquête gehouden onder alle (meer dan 2500) leden van de VAAN en VvA, allen beroepsbeoefenaars van het arbeidsrecht (in zowel advocatuur, rechterlijke macht, vakbonden, onderwijs etc.) over de ervaringen met de WWZ en er heeft een analyse plaatsgevonden van gepubliceerde en niet gepubliceerde rechtspraak.
Voorts heeft het UWV** cijfers gepresenteerd met betrekking tot de ontslagaanvragen die bij het UWV zijn ingediend, na invoering van de WWZ.
Uit de enquête blijkt een grote meerderheid van alle beroepsgroepen van mening te zijn dat slechts twee (van de in totaal dertien) doelstellingen zijn behaald: te weten meer rechtsgelijkheid bij ontslag en lagere ontslagvergoedingen. Een overgrote meerderheid vindt dat de navolgende doelstellingen niet zijn behaald: vereenvoudiging van ontslagrecht (94%); versterking van de rechtspositie van werknemers met een tijdelijk contract (92%); bevorderen van de doorstroom van flexibel naar vast (93%); en het aantrekkelijk maken voor werkgevers om mensen aan te nemen (91%).
Uit het evaluatieonderzoek blijkt dat het aantal ontslagprocedures is afgenomen. Dat is ook niet zo gek, want de algemene opinie is immers dat het moeilijker is om een toewijzing te krijgen, werkgevers stappen dus veel minder snel naar de rechter met het verzoek de arbeidsovereenkomst te ontbinden. Enkele uitkomsten:
Eenzelfde tendens blijkt zich voor te doen bij de UWV procedures. Het UWV registreert het aantal ontslagaanvragen en hieruit blijkt dat opvallend minder aanvragen worden ingediend.
Uit het enquête onderzoek blijkt dat 90% van de deelnemers aangeeft dat de ontbindingsprocedure is bemoeilijkt. Dit wordt bevestigd door de analyse van de rechtspraak. Enkele opvallende cijfers (hierbij zijn de pro forma / geregelde zaken niet meegerekend):
Deze cijfers zijn extra opvallend omdat het aantal verzoeken sterk is afgenomen. Dat impliceert dat werkgevers niet meer zo snel een dossier voorleggen, maar alleen met de ‘beste’ dossiers naar de rechter gaan. Van deze ‘beste’ dossiers wordt – zo blijkt – dus ook nog een groot deel afgewezen.
De uitkomsten zijn beduidend anders bij de UWV procedure:
Uit de resultaten van het UWV onderzoek is verder een opvallend gegeven dat 90% van de zaken na de eerste schriftelijke ronde reeds wordt toegewezen. Indien een tweede schriftelijke ronde volgt, leidt dit bij 60% tot een toewijzing.
Sinds invoering van de WWZ hebben werknemers (24 maanden of langer in dienst) bij onvrijwillig ontslag recht op een wettelijke transitievergoeding. Voorheen bestond geen wettelijk recht op een vergoeding bij ontslag. In de ontbindingsprocedure werd veelal aangesloten bij de kantonrechtersformule die, gemiddeld en relatief genomen, resulteerde in een vergoeding van ca. 1 maandsalaris per dienstjaar. Als onderdeel van het evaluatieonderzoek is ook de hoogte van de toegewezen vergoedingen geanalyseerd. Wat heeft dit voor resultaten opgeleverd?
Het enquête onderzoek onder alle leden van de VAAN en VvA over de WWZ is niet positief. Weliswaar blijkt de gemiddelde ontslagvergoeding te zijn verlaagd, maar andere doelstellingen worden niet behaald zo is de opinie van de overgrote meerderheid.
Bovendien blijkt uit een analyse van de rechtspraak dat weliswaar de ontslagvergoeding is verlaagd als er wordt ontbonden, maar dat een werkgever in veel gevallen niet tot ontbinding komt; het aantal afwijzingen is immers fors toegenomen, tot maar liefst 84% van de verzoeken wegens disfunctioneren.
De afname van het aantal ontbindingsverzoeken en ontslagaanvragen in combinatie met de toename van het aantal intrekkingen, lijkt de conclusie te rechtvaardigen dat werkgevers voorzichtiger zijn geworden (of nog afwachtend zijn) en minder snel overgaan tot ontslag én bovendien meer zaken geregeld worden middels een beëindigingsovereenkomst.
De conclusie luidt dan ook: flex blijft flex en vast is alleen maar vaster geworden.
* Bron: VAAN-VvA Evaluatieonderzoek WWZ 2016
** Bron: presentatie mr. J. Meijer en mr. M.A.I.Gerards Evaluatiecongres WWZ 30 juni 2016