Logo Alles Over Agentuur

Artikel 6 - Valkuilen bij agentuur: het (postcontractuele) non-concurrentiebeding

14 maart 2024

In deze reeks van artikelen bespreken wij een aantal aandachtspunten dat van belang is bij een agentuurrelatie en geven wij tips om valkuilen te vermijden. In dit artikel staat het (postcontractuele) non-concurrentiebeding centraal.

In de agentuurrelatie is het vaak niet wenselijk dat een handelsagent concurrerende werkzaamheden uitvoert gedurende en na afloop van de looptijd van de agentuurovereenkomst. Daarom wordt vaak een beding in de agentuurovereenkomst opgenomen dat de agent verbiedt om concurrerende werkzaamheden uit te voeren zowel gedurende de looptijd als na afloop daarvan. Het non-concurrentiebeding dat na afloop van de agentuurovereenkomst geldt, wordt ook wel een postcontractueel non-concurrentiebeding genoemd.

In dit artikel bespreken wij aan welke vereisten een (postcontractueel) non-concurrentiebeding dient te voldoen en wanneer op dit beding een beroep kan worden gedaan door de principaal. Tevens lichten we de sanctie toe die je op schending van een (postcontractueel) non-concurrentiebeding kunt zetten.

 

Het non-concurrentiebeding

Het staat partijen vrij om het non-concurrentiebeding gedurende de looptijd van de overeenkomst naar eigen believen vorm te geven. Er zijn geen wettelijke vereisten waaraan dit beding dient te voldoen. Wel raden wij aan om dit beding op te nemen in de schriftelijke agentuurovereenkomst. Zo voorkom je als principaal discussie met de handelsagent hierover.  

 

Het postcontractuele non-concurrentiebeding

Het postcontractuele non-concurrentiebeding daarentegen kunnen partijen niet naar eigen believen vormgeven. Het postcontractuele non-concurrentiebeding is namelijk alleen geldig, indien dit voldoet aan een aantal vereisten.[1] Deze vereisten luiden als volgt:

  • het beding moet op schrift zijn gesteld;
  • het beding mag alleen betrekking hebben op goederen of diensten waarin de agent bemiddelde;
  • het beding mag alleen betrekking hebben op het aan de agent toegewezen gebied en/of klantenkring;
  • het beding mag niet langer duren dan twee jaar na het eindigen van de agentuurovereenkomst.

Mocht het postcontractuele non-concurrentiebeding niet voldoen aan deze vereisten, dan betekent dat niet dat het de handelsagent vrij staat om na afloop van de agentuurovereenkomst met de principaal de concurrentie aan te gaan. Dit kan onder bepaalde omstandigheden namelijk onrechtmatig handelen van de handelsagent opleveren.

 

Geen beroep kunnen doen op een postcontractueel non-concurrentiebieding

Bevat de agentuurovereenkomst een geldig postcontractueel non-concurrentiebeding, dan kan je daar niet altijd een beroep op doen als principaal. Of een principaal een beroep kan doen op een dergelijk beding, is namelijk afhankelijk van de wijze waarop de agentuurovereenkomst ten einde is gekomen. De drie gevallen die de wet onderscheidt, zijn:

  • beëindiging van de agentuurovereenkomst door de principaal zonder toestemming van de handelsagent, zonder inachtneming van de wettelijk of overeengekomen opzegtermijn of zonder een medegedeelde dringende reden;
  • beëindiging van de agentuurovereenkomst door de handelsagent vanwege een dringende reden die is onverwijld aan de principaal is medegedeeld en waarvoor de principaal een verwijt treft; en
  • het eindigen van de agentuurovereenkomst door een rechterlijke uitspraak op grond van omstandigheden ter zake waarvan de principaal een verwijt treft.[2]

 

Sanctie op schending van het (postcontractuele) non-concurrentiebeding

Voor de principaal is het aan te raden om op overtreding van de beide non-concurrentiebedingen een boete te zetten. De functie van een boete is tweeledig. Door op overtreding van het non-concurrentiebeding een boete te zetten, wordt een drempel opgeworpen. Het risico een boete te verbeuren kan een slecht willende agent weerhouden inbreuk te maken.

Daarbij kan het voor de principaal lastig zijn om aan te tonen wat diens schade aan is geweest van een overtreding van een non-concurrentiebeding. Met een boetebeding fixeer je de schade.

 

Tips voor de praktijk

  • Stel de bedingen op schrift, zo voorkom je discussie
  • Houd bij het opstellen van het postcontractuele non-concurrentiebeding rekening met de geldigheidsvereisten
  • Zet een boete op overtreding van de bedingen

Wilt u meer weten over (postcontractuele) non-concurrentiebedingen in agentuurovereenkomsten? Neem dan contact op met een van onze specialisten.

 

[1] Artikel 7:443 lid 1 BW.

[2] Artikel 7:443 lid 3 BW.

 

 

 

Regelmatig op de hoogte blijven van de laatste juridische ontwikkelingen?